Nederlands Dagblad (18 januari 2020)
De grote stad
De grote stad is voor veel mensen het symbool van bevrijding. De winkels zijn er beter, het leven is spannender en de relatiemarkt is groter. De stad is de plaats van efficiëntie en vooruitgang, en dat willen we over de hele wereld uitrollen, liefst met 5G-internet. Maar als ik uit mijn stadsraam naar buiten kijk, zie ik eenzame mensen sjokken over een plein van steen, waar amper natuur meer is.
98 x bekeken- Lees ook: Zo geven we de toekomst weer vorm (Filosofie magazine)
Ik ben omringd door flats vol mensen die geen zinvol werk hebben, of helemaal geen werk, omdat ze niet nuttig meer zijn voor de economie. Ik zie kinderen lopen waarvan de helft zijn of haar vader een keer uit huis zal zien vertrekken; dat is de statistiek van onze wijk. Ik zie het flikkerende blauwe licht aan de overkant van een scherm, waarachter een jongen het ooit veelbelovende internet gebruikt om Fortnight te spelen, dag in, dag uit. Dát is de grote stad.
In de Bijbel wordt de grote stad bijna consequent gezien als macht die ons onvrij maakt. Van de eerste stad in Genesis, gesticht door een bange Kaïn, tot aan het grote Babylon in Openbaringen. De Franse schrijver Jacques Ellul, een bekende maatschappijcriticus uit de vorige eeuw, schreef daar een stevig theologisch boek over, dat deze week in het Nederlands uitkomt. Ik mocht eraan meewerken. In De grote stad laat Ellul zien dat de stad voor de bijbelschrijvers het toppunt is van het menselijk streven om zonder God te leven.
Dat betekent niet dat we terug moeten naar hoe alles vroeger was. Ondanks alles is de stad volgens Ellul de stad de plek waar het gaat gebeuren. In het hart van onze rebellie heeft God iets nieuws geplant. Het is geen toeval dat de Bijbel eindigt met het Nieuwe Jeruzalem – ook een stad, maar wel een stad uit de hemel.
Lees hier meer columns in de rubriek Sporen
De stad voelt soms als een woestijn. Zelfs de kerk loopt er leeg. Het leven is er gewoonweg te druk om er als familie van Christus te leven. Wij proberen dat wel, met ons buurtkerkje, maar makkelijk is dat niet. Telkens weer zien we mensen terugvallen of afhaken omdat ze het toch te moeilijk vinden om andere mensen te vertrouwen. Doordat ze getekend zijn door kapotte relaties of oorlog of al die andere bijwerkingen van de grote stad.
Maar in die stad zijn we geplaatst. In die stad zie ik tekens van hoop, midden in het gewone leven. Heel gewoon, banaal bijna: een spelletje Koehandel gisteren, tijdens een mannenweekend van de buurtkerk, met vrienden uit vijf verschillende talen en achtergronden, die allemaal op hun eigen manier ‘eenmaal, andermaal, verkocht’ probeerden te zeggen, wat zo hilarisch was dat we het bijna in onze broek deden van het lachen. Zolang het nog niet verboden is in de stad, zullen we lachen, blijven lachen, met zo veel mogelijk mensen, als teken dat er een Stad gaat komen waar iedereen mee mag gaan lachen in een grenzenloos gebulder.
Gerelateerde artikelen
- De grote kolonisatie (De Groene Amsterdammer)
- Tegeltuinen, Jacques Ellul en de invloed van techniek (podcasts)
- Hete hangijzers in het voedselsysteem (1) - knutselen aan planten (Foodlog, De Groene Amsterdammer)
- Machines om nergens te komen (De Groene Amsterdammer)
- ‘Materie? Die bestaat alleen in onze geest’ (De Groene Amsterdammer)
Gebruikte Tags: globalisering, sporen, techniek