Filosofie magazine (oktober 2012)
Populaire filosofie in Nederland
Filosofie Magazine is twintig jaar. Volgens buitenlanders is filosofie nergens zo populair als hier. Heeft het te maken met onze volksaard? Mogen filosofen zich bemoeien met zingeving? Is de polderfilosofie atheïstisch?
Een nieuwsbericht over dit stuk staat op de opiniewebsite van de New York Times. En een artikel over dat bericht staat weer in de Trouw, en zo zijn we weer rond.
952 x bekeken- Lees ook: Op zoek naar de innerlijke stilte (De Groene Amsterdammer)
(Read the English translation here)
Er hangt een festivalsfeer op de krakende trappen in het hoge grachtenpand van Felix Meritis, het debatcentrum waar zoals ieder jaar de Filosofie Nacht wordt gehouden. Tientallen mensen staan te wachten in de rij naar beneden, waar vijf denkers gaan discussiëren over de rol van religie in de seculiere samenleving. Een ander deel wil juist naar boven, waar een paar bekende namen één-tegen-ééndebatten aan het voeren zijn over stellingen die voor een deel gaan over het thema van dit jaar: de ziel.
Het is luchtig en feestelijk, maar dat neemt niet weg dat er in sommige zalen wel degelijk plek is voor diepgravende analyses. Terwijl stand-upfilosofen met het publiek debatteren over het bestaan van de ziel, wordt op de tweede verdieping een college Nietzsche gegeven, en op zolder legt de Franse filosoof Frédéric Lenoir aan dertig mensen uit waarom geld een religie is geworden.
‘Toch kom ik eerlijk gezegd niet voor de inhoud’, zegt een filosoof die buiten zijn eigen programma-onderdeel vooral te vinden is in de backstageruimte, bij het gratis bier. ‘Debatten vallen altijd tegen. Maar dat vind ik niet erg. Dit is vooral theater, dit is vermaak! Poppetjes kijken.’
Maar met duizend bezoekers zit het toch maar weer vol, jaar na jaar. ‘In het buitenland mag je het vaak niet zeggen, maar veel Nederlanders vinden filosofie gewoon heel leuk’, zegt Erno Eskens, die aan de Internationale School voor Wijsbegeerte (ISVW) cursussen en lezingen organiseert. ‘Wij zien een avond filosoferen als uitje. Misschien is dat wel vergelijkbaar met de Franse cultuur. Terwijl daar de salons ontstonden, werd hier het fenomeen lezing bedacht. Wij houden van lezingen, dat past bij onze protestantse schriftcultuur.’
Populaire boeken
In de ISVW, idyllisch gelegen in de bossen bij Amersfoort in het centrum in Nederland, is het rond het middaguur zo druk dat het restaurant niet alle lunchers tegelijk kan herbergen. De Amerikaanse filosofe Martha Nussbaum kijkt haar ogen uit. ‘En al deze mensen komen voor de filosofie? Mijn land is toch echt vele malen groter, maar zoiets als dit kennen we niet. Wat publieksfilosofie betreft zijn jullie echt een rolmodel.’
Een blik op de top-10-plank van de boekhandel maakt duidelijk dat filosofie inderdaad populair is in de Lage Landen. Ieder jaar zijn er filosofen die het grote publiek weten te bereiken met toegankelijk geschreven boeken waarin ze hun wijsgerige licht laten schijnen op dagelijkse onderwerpen, zoals vriendschap, geluk, politiek of Facebook.
Een van de populairste filosofieboeken in de afgelopen jaren was Dus ik ben van Stine Jensen en Rob Wijnberg. Dat is een interessant voorbeeld, want de schrijvers zijn beide jong en zeer actief in allerlei verschillende media, als columnist, tv-maker en hoofdredacteur van een krant, nrc.next. Op verschillende vlakken proberen ze mensen te laten zien dat filosofie je kan leren om tegen jezelf in te denken, zegt Jensen. ‘Filosofie geeft je een soort autonomie. Dat is gezond voor iedere democratie, als burgers leren het standpunt van anderen te begrijpen.’ Haar boek hoort bij een gelijknamige reeks op tv, uitgezonden door de Humanistische Omroep.
Intussen werkt ze aan Dus ik ben Jr., voor kinderen tussen 9 en 14.
De revival van filosofie is in Nederland in de jaren negentig ingezet. Zomercursussen, filosofische café's, workshops levenskunst en actualiteitsdebatten worden ondersteund door filosofen die goed en toegankelijk weten te schrijven over actuele thema's. De Filosofie Nacht is maar een van de onderdelen van de zogenoemde Maand van de Filosofie, waarin bibliotheken en universiteiten in het hele land debatten en lezingen organiseren.
‘Mijn vrienden in het buitenland zijn verbaasd over wat hier gebeurt’, zegt Hans Achterhuis, die als 'Denker des Vaderlands' vaak als autoriteit aan het woord mag op de opiniepagina's. ‘Er zijn zo veel debatten, ik moet er veel afzeggen. En ook het niveau is goed. Er zijn steeds meer filosofische leesclubs. Daar moet ik wel eens wat vertellen over mijn laatste boek, De utopie van de vrije markt. Maar Plato en Heidegger hebben ze dan ook al gedaan. En alles wordt van tevoren gelezen.’
Filosofie Magazine
De populariteit van filosofie is vooral te danken aan het werk van Filosofie Magazine, zegt Achterhuis. ‘Dat tijdschrift is twintig jaar geleden opgezet door filosofen die de moed hadden om een breed publiek te gaan bereiken. Academische filosofen riepen dat zoiets onmogelijk was, maar het is toch gelukt. Zij zitten ook achter de Maand en de Nacht.’
Met een oplage van 20.000 was Filosofie Magazine lange tijd het grootste filosofietijdschrift ter wereld, in een taalgebied van zo'n 23 miljoen mensen in Nederland en België. Ter vergelijking: in de Verenigde Staten zou dat neerkomen op 270.000 lezers. Het voorbeeld is nu gevolgd in Frankrijk en Duitsland.
‘Het is niet ons doel om nieuws te brengen over academische filosofie, maar om actuele vraagstukken met behulp van filosofie inzichtelijk te maken’, zegt Daan Roovers, hoofdredacteur. ‘We willen mensen instrumenten aanreiken om te leren denken. Het “durf te denken” van Kant is een belangrijke missie voor ons.’ Roovers ziet dat het veel losmaakt in de samenleving. Het blad is de aanjager geweest van allerlei evenementen en campagnes, zoals de Nacht, de Maand, een filosofieprijs, de Denker des Vaderlands, filosofische café’s, enzovoorts. ‘De belangstelling voor filosofieboeken is erg toegenomen de laatste jaren. Ons tijdschrift is een springplank voor filosofische schrijvers.’
ISVW
Een ander belangrijk knooppunt in de populaire filosofie is de Internationale School voor Wijsbegeerte, gevestigd in een conferentiecentrum in een bosrijke omgeving in het midden van het land, in Leusden, waar zo'n vierduizend mensen per jaar lezingen, weekenden en zomerscholen komen volgen. Bovendien doen zeventig mensen hier de parttime-opleiding tot filosofische coach, om mensen professioneel te kunnen helpen met levensvragen.
‘Deze dingen gebeuren ook in de landen om ons heen, maar in Nederland is de populaire filosofie wel absurd snel opgekomen, en ook eerder dan elders’, zegt René Gude, directeur van de ISVW. ‘Ik zie het als reactie op de neoliberale tijdgeest, waar weinig theorie voor nodig was. Je kon de winnaar gewoon laten winnen, daar hoefde je verder weinig onderzoek naar ethische standpunten voor te doen. Gelukkig kregen mensen weer de behoefte om ideologieën toch te doordenken.’
Ook Joep Dohmen, auteur van populaire boeken over levenskunst, ziet de ontevredenheid met de commercie en het hyperindividualisme. ‘Onze samenleving wordt bepaald door de markt, de media en de experts. Maar er zijn wel grote maatschappelijke problemen. Mensen ontdekken steeds meer dat de meeste wetenschappelijke expertise over het leven eenzijdig of herroepbaar is. Dan komen de filosofen in beeld. Mensen beseffen dat ze Bildung nodig hebben, een levenskunst, waar Foucault het ook al over had, die je helpt om je te verhouden ten opzichte van een wereld waar je geen gemeenschap meer hebt die de leefregels voor je bepaalt.’
Politieke betekenis
Die Bildung heeft ook een politieke betekenis, vindt Gude, niet alleen nu, maar ook in de Nederlandse geschiedenis. ‘Nederlanders vormen al eeuwen een klein, dichtbevolkt land, dat moest worden bevochten op het water. Ze waren gedwongen om te praten met mensen die ze oprecht haatten. Dat leidde tot de tolerantie waar Hugo de Groot en Spinoza al voorvechters van waren.’ Volgens Gude leerden Nederlanders al vroeg hun eigen inzichten en gedrag te onderzoeken en tot een taal te komen om met andersdenkenden te kunnen spreken. ‘Tegenwoordig noemen we dat het ‘poldermodel’, een politiek waarin de winnaar het niet voor het zeggen heeft, maar waarin men samen tot een compromis moet komen. Nu de oude bindingen, zoals religie, hebben afgedaan, moeten we filosofie zien als trainingsprogramma om die overlegcultuur mogelijk te maken.’
De Leidse rechtsfilosoof Paul Cliteur vindt de Nederlandse filosofie daar veel te licht voor. ‘Die bestaat uit niet veel meer dan het popularisen van de grote filosofen en het schrijven van wat ik noem cadeauboekjes. Dat zijn lichte boekjes die lichte standpunten hebben waar eigenlijk iedereen het wel mee eens is.’
‘We moeten niet vergeten dat de jaren zestig en zeventig ook zeer filosofisch waren’, reageert Ad Verbrugge, sociaal filosoof aan de Vrije Universiteit en bekend van debatten en tv-programma’s. ‘De wereld moest worden hervormd op basis van de filosofie. Die werd een quasireligieuze kracht, met een missie. Dat denken is heel gepolitiseerd en dogmatisch geworden, en toen de ideologieën in een crisis raakten, verwaterde ook deze linkse ideologie. Wat overbleef was een soort niet-politieke filosofie, meer een lifestyle, die bestond uit levenskunstcursussen, café’s en weekendjes in Leusden met “ons soort mensen”. Voor een deel was die wereld heel licht en politiek correct. Nog wat natrappen tegen het burgerdom. Maar sinds de dood van Pim Fortuyn is het weer politieker geworden.’
Cultuurrelativisme
Het was niet alleen de dood van Pim Fortuyn, maar ook de opkomst van de islam die filosofen wakker heeft geschud en heeft doen nadenken over waar ze voor moesten vechten. Iemand die daar een grote rol in heeft gespeeld, was Cliteur. ‘Ik ben voorstander van een profetische filosofie’, zegt hij. ‘Dat je de pretentie hebt dat je als Mozes van de berg komt en weet welke kant het op moet met het volk.’
Aan het begin van het millennium begon hij met een aantal anderen zijn ongenoegen te uiten over de cultuur van 'alles is mogelijk, alle meningen zijn gelijk'. Is de waarde van een shariaraad, die bepaalt dat een overspelige vrouw gestenigd mag worden, gelijkwaardig aan de waarden van de rechtsstaat en gelijkheid tussen man en vrouw? Is het verboden om te zeggen dat de westerse samenleving superieur is aan een andere samenleving? Mag je naar Nederland komen als je de Koran laat prevaleren boven de grondwet?
‘Wie ontkent dat een cultuur superieur aan een andere cultuur kan zijn kan niet anders dan een morele nihilist zijn’, zei Cliteur in 2002 in Filosofie Magazine, nadat hij was uitgekomen met het boek Moderne Papoea’s. Dilemma’s van een multiculturele samenleving. ‘Er is geen enkele vorm van integratiebeleid mogelijk zonder dat je zegt dat de grondslagen van de democratische rechtsstaat “superieur” zijn. Een politicus moet kunnen zeggen dat mensen aan bepaalde voorwaarden en normen moeten voldoen om te kunnen worden toegelaten tot Nederland.’
De hele publieke opinie ging zich ermee bezighouden. Wat zijn westerse waarden? En wat is Verlichting? Moeten alle religies door een ‘verlichting’ gaan om in een democratische samenleving te kunnen passen? Het debat was heel fel. Op de opiniepagina's kregen Cliteur en de zijnen tegengas van filosofen die vonden dat het ruimdenkende Nederland zijn tolerantie verloor. Ze beschuldigden de eersten van Verlichtingsfundamentalisme: een tolerante houding jegens alles en iedereen, behalve naar mensen die niet verlicht genoeg zijn. Zo kwam in 2006 de Nederlands-Engelse filosoof Ian Buruma uit met een invloedrijk boek, De dood van een gezonde roker, waarin hij betoogde dat de islam moslims juist kan helpen om democratische burgers te worden, op hun eigen manier. De discussie is nog steeds niet helemaal uitgewoed, maar het voorbeeld maakt duidelijk dat filosofen de weg naar het politieke debat weer hebben gevonden.
Beschavingsmissie
Het voorbeeld maakt ook duidelijk dat veel bekende filosofen een hoge ambitie hebben. Ze hebben niet alleen als doel mensen te helpen inzicht te krijgen in maatschappelijke vraagstukken, nee, ze hebben een beschavingsmissie. Gude is een van hen. ‘Absoluut, geen twijfel over mogelijk. Vroeger was religie een middel tot beschaving, nu moet de filosofie die rol overnemen. Filosofie is een menswordingstechniek. We moeten de rede ontwikkelen om beschaafde mensen te worden. De inzet van publieksfilosofie moet zijn om tot alle lagen van de bevolking door te dringen.’
Het is opvallend dat deze beschavingsmissie voor veel filosofen een atheïstisch karakter heeft. Ook het filosofische publiek bestaat voor een groot deel uit mensen die de kerk hebben verlaten. ‘Ik schat dat tachtig procent van de deelnemers aan onze programma’s niet gelovig is’, zegt Eskens.
Veel populaire filosofische cursussen in Nederland zeggen expliciet dat ze een levensbeschouwing of zelfs spiritualiteit willen bieden die een alternatief moet zijn voor het christendom. Een van de bekendste namen in de wereld van de levenskunst is Dries Boele. Hij organiseert vakanties, cursussen en Socratische gesprekken. 'Filosofie is voor mij in de eerste plaats praktisch, een manier van leven', zegt Boele. 'Dat bestaat niet alleen maar uit argumentatie en begripsanalyse, maar kent ook oefeningen, zoals gesprekken voeren, schrijven, en vormen van meditatie. Ik streef daarbij naar een seculiere spiritualiteit. Het huidige secularisme is te mager, en vooral een soort anti-houding. Het maakt onze beschaving er niet aantrekkelijker op. Het christendom is voor mij verleden tijd. Filosofie en levenskunst vind ik een goed alternatief.'
Wat betreft de atheïstische inslag lijkt Nederland wel op Frankrijk, zegt Fabrice Gerschel, de man die in 2006 een Franse versie van Filosofie Magazine (Philosophie Magazine) op de markt bracht – overigens zonder het bestaan van het Nederlandse tijdschrift te kennen – en vorig jaar ook in Duitsland zijn concept lanceerde (Philosophie Magazin). ‘Duitsland is anders, dat is een heel religieus land. Daar is veel overlap tussen filosofie en theologie, en er is een grote traditie van theoloog-filosofen, zoals Joseph Ratzinger, de huidige paus. Mensen zijn vooral geïnteresseerd in morele kwesties en ideologische debatten, geobsedeerd bijna. In Frankrijk is men veel meer geïnteresseerd in de filosofie zelf. Religie speelt geen enkele rol. Mensen zijn vrijdenkers, ze zoeken nieuwe waarheden en willen over het algemeen geen traditionele denkbeelden. We besteden daardoor ook weinig aandacht aan religie.’
Als mensen theologie achter zich laten ten gunste van filosofie is dat alleen maar goed, vindt Cliteur, die tevens auteur is van The Secular Outlook. ‘Religie is pseudofilosofie! Het doel van filosofie is verlichte burgers, die standpunten innemen die op de rede zijn gebaseerd.’
Overschatting
Deze beschavingsdrang wordt een deel van de filosofen toch wel te gortig. ‘Meer nadenken kan geen kwaad, maar filosofen hebben met hun doctrines ook heel veel stuk gemaakt in de wereld’, zegt Verbrugge. ‘Bovendien geloof ik niet dat filosofen Nederland kúnnen beschaven. Je mag blij zijn als mensen iets van je oppikken, en als je de filosofie weet te vertalen in een concrete politieke visie.’
De populariteit van filosofie is natuurlijk maar relatief. Vierduizend mensen per jaar op de ISVW is net zo veel als er in een gemiddeld provinciestadje wekelijks naar de kerk gaan, of op een dag naar het museum, om maar twee voorbeelden te noemen waar mogelijk reflectie en beschaving plaatsvindt. Het aandeel filosofieboeken in de totale non-fictieverkoop (nog los van koken, reizen en hobby's) is al jaren stabiel op 3,5 procent. Verbrugge: ‘Daar ga je de bevolking niet mee mobiliseren, dat is een zware overschatting van wat filosofie vermag.’
Verbrugge krijgt bijval van Henk Oosterling, filosoof aan de Erasmusuniversiteit in Rotterdam. ‘Zo'n beschavingsmissie is me veel te modernistisch’, zegt hij. ‘De Nederlandse filosofie leeft echt, en er gebeuren mooie dingen op de ISVW, maar universeel is het niet. Wie komen daar? Mensen met geld. Al die filosofen wonen in Amsterdam en preken voor eigen parochie. Net zoals de Filosofie Nacht, dat vind ik puur vermaak. Een beschavingsoffensief? Dat is echt onzin.’
Achterhuis is bescheiden over zijn missie. ‘Er zitten weinig PVV'ers in de zaal als ik iets vertel. Ik spreek vooral voor een hoogopgeleid publiek. Maar het is mijn missie als Denker des Vaderlands ook niet om de wereld mijn mening te vertellen. Ik ben slechts een sociaal filosoof die de wereld wil begrijpen, en anderen daarbij wil helpen. Als het over euthanasie gaat, zegt ik niet wat ik ervan vind, maar pak ik Thomas More erbij om te zien waarom hij ouderen wilde doden, om de discussie in een breder perspectief te plaatsen.’
Dat is goed, zegt Oosterling. Filosofen moeten zich in zijn optiek niet bezighouden met zingeving. ‘Waarden ontstaan in het samenleven. Als je verkracht bent door een dronken vader en je gaat dan filosoferen, komt er iets heel anders uit dan wanneer je rustig opgroeit in een gelukkig gezin.’ Maar dat neemt niet weg dat filosofie ontzettend goed kan helpen om samen te leren leven. ‘Ik zie haar als instrument, als vaardigheid, om de hectiek van het leven te verlaten en dan, na de reflectie, weer verder te kunnen.’
Bloemhof
Met zijn organisatie Rotterdam Vakmanstad (Skillcity) heeft Oosterling daarom een onderwijsprogramma ontwikkeld om kinderen te helpen mentaal veerkrachtig te worden. Dat probeert hij nu al een paar jaar uit in een van de slechtste buurten van het land, de Rotterdamse wijk Bloemhof, en nu al kun je volgens hem zien dat de kinderen er zelfbewuster, weerbaarder en intelligenter door worden. Alle kinderen volgen hier namelijk een aantal vakken die hen leren zich te verhouden tot elkaar en hun omgeving: tuinieren, koken, judo, en… filosofie.
‘Ik wil kinderen leren te discussiëren zonder ruzie te maken, en ik wil ze leren kritisch te denken’, zegt Leonie van Wees, die een deel van de filosofielessen op deze school verzorgt. Ze heeft een kleine klas vandaag, met dertien kinderen van tien jaar oud. Nederlandse namen zitten er niet tussen, maar filosoferen vinden ze superleuk.
‘Vandaag wil ik het hebben over Erasmus’, zegt ze. De klas kent die naam wel. ‘Dat is een brug!’ ‘Nee, een universiteit!’ Juf Leonie legt uit dat Erasmus een bekende Rotterdamse filosoof was. Ze laat een filmpje zien, compleet met rap over de man. Erasmus vond dat mensen de Bijbel in hun eigen taal moesten lezen, zodat ze zelf konden nadenken. Hij vond dat je goede manieren moest leren, inclusief tafelmanieren, en dat je anderen moest accepteren.
‘Met welke ideeën van Erasmus zijn jullie het eens?’ vraagt juf Leonie.
‘Dat je je eigen mening moet geven!’ roept Okan.
‘Waarom is dat belangrijk dan?’
‘Anders moet je ja zeggen als iemand zegt dat je iets moet doen’, zegt Ayoub. ‘En dan wordt het leven saai.’
‘Maar als iemand ouder is mag je niet altijd je mening geven’, vindt Shenill. ‘Daar moet je respect voor hebben.’
‘Ik ben het niet eens met Shenill’, zegt Duncan. ‘Je mag het wel vinden, maar wel op een bepaalde manier.’
‘Maar je kunt ook respect voor iemand hebben en tegelijkertijd je mening geven’, vindt Ayoub.
En zo filosoferen de kinderen nog een uur door, onder leiding van de juf. Sommige discussies lopen uiteindelijk uit op ‘dat weet alleen Allah’, maar volgens Leonie lukt het al steeds beter om te discussiëren zonder ruzie te maken.
En zo wordt, zonder dat ze het weten, een eeuwenoude traditie voortgezet: leren debatteren in een heel klein landje waar heel veel mensen wonen die soms heel irritante meningen hebben. En dat is iets waar alle filosofen, met of zonder beschavingsmissie, het wel over eens zijn: filosofie is bij uitstek een middel om daarbij te helpen. Alleen had Erasmus op één punt geen gelijk, ontdekken de kinderen gezamenlijk. Als je bij de Kentucky Fried Chicken kipvingers bestelt, heb je toch echt niets aan zijn tafelmanieren, want mes en vork krijg je niet. Maar goed, filosofen kunnen ook niet alles weten.
Gerelateerde artikelen
- Theo Maassen en Thomas Hertog over de kosmos (De Groene Amsterdammer)
- ‘Materie? Die bestaat alleen in onze geest’ (De Groene Amsterdammer)
- Duet met een witte kwikstaart (De Groene Amsterdammer)
- Klimaatfeedback uit de versterker (De Groene Amsterdammer)
- Deze ex-activist vindt de milieubeweging te oppervlakkig (Trouw)
Gebruikte Tags: cultuur, filosofie