Nobiles (mei 2008)
Moet de economie altijd groter?
Iedereen houdt z'n adem in wanneer de koopkrachtplaatjes worden gepresenteerd. De economische groei hoeft maar een procentje tegen te vallen of de deskundigen verschijnen op tv om te vertellen dat we harder moeten werken en meer moeten kopen. Groei moet! Een artikel naar aanleiding van ons boek Moet groei.
- Lees ook: Portret van een postmoderne christelijke transseksuele vrijemarktfeminist (VPRO Gids)
Een eeuw geleden bracht Henry Ford, autobouwer van beroep, met behulp van lopende banden de productietijd van auto's van twaalf uur terug naar twee. Het doel: goedkope auto's maken, die zoveel mogelijk mensen zouden kunnen kopen. Omstreeks dezelfde tijd werkte John M. Keynes aan een politiek-economische oplossing op de economische stagnatie van begin vorige eeuw. In zijn visie stond consumptie centraal. De politiek en het bedrijfsleven kregen een gemeenschappelijk doel: groei - met ons, de consumenten, als middel.
Producenten hebben zich inmiddels als taak gesteld om mensen ontevreden te maken met wat ze hebben. 'Planned obsolence', heet dat bij marketeers sinds begin jaren vijftig. Een hoge man bij Ford, George Walker, zei toen al: "We maken een auto zo dat een man met een Ford uit 1957 al lang voor het einde van 1958 ontevreden is met zijn auto." Anderhalf jaar - een gemiddelde mobiel haalt dat niet eens. En ook dit jaar zullen er weer miljarden worden besteed aan reclames om ons ertoe aan te zetten meer te kopen. "Dat heeft u wel verdiend", zegt Frits Bom en een mooie vrouw met een zo mogelijk nog mooier ligbad laat zien hoe gelukkig je wordt van geld lenen.
Politici zijn zich ook nog steeds bewust van hun taak. Vlak na de aanslagen van 11 september hoorden we Amerikaanse leiders vertellen dat het een burgerplicht is om te consumeren. In de woorden van burgemeester Giuliani van New York: "Als je wilt helpen: kom hier en geef geld uit. Ga winkelen, doe je kerstinkopen!" Niet geven, bidden, of meerouwen, maar consumeren.
Groei is nu al honderd jaar een doel. Een auto, die heeft iedereen inmiddels wel, maar nog steeds moet iedereen elk jaar een beetje meer. Elk bedrijf wil ieder jaar een groter project. Ieder jaar meer omzet. Kunnen we het niet eens rustiger aandoen? Kunnen we niet eens een jaartje relaxen? Dat lijkt ons beter voor het milieu, onze relatie, onze buren en onze nachtrust.
De wortel van alles
Er is niemand aan wie we onze vragen beter kunnen stellen dan aan Laurens Jan Brinkhorst, oud-minister van Economische Zaken en fervent pleitbezorger van groei en vooruitgang.
Stoppen met groeien? Dat is een onzinnig, verwend en naïef idee. Groei moet! "Welzijnsbevordering stagneert zonder groei, want materieel welzijn is een voorwaarde voor geestelijk welzijn. Erst kommt das Fressen, dann die Moral, zoals Bertold Brecht dat zegt. Het is een feit dat we sociale verlangens hebben: zorg, onderwijs, voorzieningen. En groei is de wortel van alles! Daarna komt de rest: duurzaamheid, een eerlijke verdeling. Als we dat niet zouden doen, zou het verdomd slecht gaan."
"Als u minder wilt werken, dan is dat uw eigen keuze. Misschien heeft u wel een rijke vader zodat u niet hoeft te werken. Dan kunt u op ontdekkingstocht op Papua Nieuw Guinea. De economie zal dat niet merken, hoor. Sorry dat het onvriendelijk klinkt, maar u hebt als individu een verwaarloosbaar effect op de economie. Maar als iederéén zo zou leven, dan zou ik emigreren. Geef mijn portie dan maar aan fikkie. Macro-gezien moeten we meer groeien. Groei is de wortel van alles!"
"De groei van Schiphol is goed voor de Nederlandse economie en goed voor de werkgelegenheid", zegt KLM-topman Leo van Wijk. Alleen de hoeveelheid personeel van Schiphol zelf, die moet dan weer niet groeien. "Anders zal de groei niet winstgevend zijn", aldus de topman in het Parool, met het oog op de concurrenten. "Hoe dichter de personeelsgroei zit bij nul of één procent, hoe meer we de groei vol kunnen houden."
Geen heilige koe
Is dat zo? Moeten we groeien om iedereen aan het werk te houden? Met deze vraag gaan we op bezoek bij Coen Teulings, hoofd van het CPB.
Teuling geeft een onverwacht antwoord. "Om eerlijk te zijn snap ik niet zo goed wat volgens jullie het verband is tussen groei en werkgelegenheid." Dat wilden we eigenlijk aan u vragen. "O, maar dat is er helemaal niet. Op korte termijn raken we wellicht wat banen kwijt, maar op den duur komen we weer terug op een evenwichtswerkloosheid. Economische groei heeft natuurlijk geen gevolg voor het aantal banen."
We draaien de vraag om. Als onze economie groeit, komen er toch banen bij? "Nee. De relatie is anders. Als er meer mensen gaan werken, groeit onze economie. Toen een paar jaar geleden heel veel vrouwen toetraden tot de arbeidsmarkt, steeg daardoor het bbp. Maar normaliter kun je zeggen: bbp-groei komt alleen door productiviteitsgroei. Dat betekent dat dezelfde mensen méér produceren per uur. Dat leidt niet tot extra werkgelegenheid."
Je 'assets' verzilveren
En toch hebben we groei nodig, vindt Bart van Ark, professor Economische Groei aan de Universiteit van Groningen. "Groei moet misschien niet, maar noem me één land waar de economie niet groeide, en waar de mensen wel gelukkiger werden. Als we niet groeien, dan komen we in een negatieve spiraal, omdat de hoogopgeleiden weggaan. Mensen die een return op hun assets willen zien, mensen die capaciteiten hebben en dat willen verzilveren, die zullen dat ergens anders gaan doen."
Er gaat toch niets boven Groningen? "Ja, uiteindelijk toch wel. Niet omdat ik mijn werk alleen voor mijn salaris doe, want dan zou ik wel in het bedrijfsleven zitten en niet in Groningen onderzoek gaan doen. Maar op een gegeven moment zou ik ervoor kunnen kiezen om te vertrekken."
Groei moet dus, omdat wij willen groeien. Het is het resultaat van de manier waarop mannen als Henry Ford en John Maynard Keynes naar de wereld keken. En van de manier waarop wij dat doen, zegt Jeroen van den Bergh, hoogleraar milieueconomie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.
Bruto nationaal product
"Wat is het bruto nationaal product?" vraagt Van den Bergh, die vanuit de Vrije Universiteit de economenwereld op stang jaagde met zijn artikel 'Bnp, weg ermee'. "De externe effecten van ons gedrag zitten niet verwerkt in de prijs van de producten die we maken. Maar deze externe effecten dragen wel bij aan de groei van het bnp. Wanneer een natuurgebied wordt vervuild, wordt de schade niet afgetrokken van het bnp. Als de vervuiling wordt schoongemaakt, verhoogt dit het bnp wél.
Er is nog een probleem. Vermindering van de visstand, ontbossing, biodiversiteit, al dat soort kapitaalafschrijvingen ontbreken in de bnp-berekening. En uitputting van grondstoffen zoals olie, gas, steenkool en ertsen ook. We hebben een economie waarin de substitutie van 'natuur' door 'geld' wordt gezien als vooruitgang, terwijl iedereen snapt dat je dat toch geen echte welvaartsverbetering kunt noemen."
Waarom willen we dan toch nog groeien? "Uiteindelijk is dat heel banaal: het is leuk. Voor een manager, want die wil projecten. En voor een politicus, want die wil iedereen een deel van de koek geven. Je kunt een feestje geven, of een zalmsnip."
En wij? Wij zijn ook niet gek. We willen ook ieder jaar een beetje meer. Maar Rutger Claassen, promoverend filosoof en schrijver van "Het eeuwig tekort" voelt zich bekocht. Hij heeft ontdekt dat er iets niet klopt. "Op de een of andere manier worden onze behoeften niet gestild. Hoe rijker we zijn, des te meer behoeften we ontdekken en des te meer tekorten we zien." Rutger Claassen wilde weten hoe dat zit.
"Schaarste wordt in de economische wetenschap gezien als positieve prikkel. De economie bestudeert alleen het handelen waar schaarste heerst. Zij stelt vervolgens dat mensen die schaarste te lijf gaan door zo veel mogelijk goederen te produceren. En dat drukken we uit in bnp. Om de economie te laten groeien, moeten we schaarste creëren, alsof we een steen door de ruit gooien bij de buurman, waardoor we een glaszetter en een verzekeringsagent moeten laten komen, en een advocaat om de ruzie op te lossen. Het bnp groeit enorm, maar of we beter af zijn..."
Het is tijd om ons over onze positie te beraden. Waarom zouden wij nog langer groeimiddel willen zijn? Kunnen we stoppen? Ja! En het is niet eens erg ingewikkeld. Want de economie, dat zijn wij. Wij kunnen dus nadenken over wat we wel of niet consumeren. We kunnen kiezen voor een bedrijf dat zich maatschappelijk verantwoordelijk gedraagt en niet alleen maar wil groeien. Groei is niet de wortel van alles. Wij zijn de wortel van alles.
Is het groeien van de economie werkelijk zo belangrijk? Moet de taart altijd maar groter? Frank en Freek besluiten deze vraag voor te leggen aan mensen die er echt verstand van hebben, zoals een oud-minister van Economische Zaken, een directeur van het Centraal Planbureau, een Nobelprijswinnaar die te kritisch was voor de Wereldbank en een ING-topvrouw die aan het hoofd staat van 400 miljard aan beleggingen. Hun boek 'Moet groei' is een verslag van hun onthutsende zoektocht.
Gerelateerde artikelen
- Circulaire zonnepanelen uit Nederland (De Groene Amsterdammer)
- Hoe Hollandse zaadbedrijven de wereld veroverden (De Groene Amsterdammer)
- Machines om nergens te komen (De Groene Amsterdammer)
- De jacht op het oceaangoud (De Groene Amsterdammer)
- Staan in de wereld van nu (overig)
Gebruikte Tags: economie, geld, groei
Ik heb jullie boek (Moet groei?) gelezen. Hulde voor het tegen de stroom in plaatsen van vraagtekens bij wat bijna iedereen vanzelfsprekend lijkt te vinden. Veel succes!
Henk Roosink (E-mail ) - 06-09-’08 14:51