Nederlands Dagblad (28 maart 2020)
Hoop in tijden van corona
Nooit eerder heb ik zo het contrast gevoeld tussen de werkelijkheid van het scherm en die van de natuur buiten. Het scherm bombardeert me met newsfeeds met erge cijfers en grafieken en foto’s van terminale patiënten op Italiaanse intensive cares. Buiten barst de lente uit zijn voegen, knallen de knoppen uit de tak en ruikt de lucht naar zoete bloesem.
100 x bekeken- Lees ook: Mike Love: 'Pas als het christendom sterft, draagt het vrucht' (overig)
Ik probeer zo vaak mogelijk even het bos in te gaan, alleen of met het gezin, of – op virusveilige afstand – met een vriend die ik graag even uit zijn eenzame kamer wil lokken. Er zijn genoeg plekjes waar niemand is. Geef mij op zondag in plaats van de gestreamde kerkdienst maar een stiltewandeling in het kerkgebouw dat God heeft gemaakt: het bos. De worship wordt vandaag geleid door de tjiftjafs. En wat te denken van die goudvink, dat knalroze-oranje vogeltje, nooit eerder gezien, in een enorme sleedoorn die wit is van de bloesem. Echt een prachtig gezicht. Alsof er niets aan de hand is, geen crisis, geen ziekte, geen dood. Zelfs de aanwezigheid van een dichtbevolkte wijk vol flats op 400 meter afstand lijkt hem niet te deren, hij denkt alleen maar aan een vrouwtje en aan een nest.
Dit is echt geen escapisme. Ik weet dat we geroepen zijn voor de stad en al helemaal als daar mensen zijn die lijden aan ziekte of eenzaamheid. En voor artsen en politici die alles doen om ons te beschermen kan ik alleen maar dankbaar zijn. Maar het is een illusie om te denken dat dit een toevallige ontsporing is die we kunnen fiksen om daarna zo snel mogelijk weer door te gaan met business as usual. Deze epidemie is een inherent gevolg van de manier waarop de mens de stadsbeschaving uitrolt over de wereld en de hele schepping koloniseert. We zitten echt op ramkoers. Jezus zelf zei al in zijn rede over de laatste dingen dat we niet verbaasd moeten zijn over dit soort rampen, alleen zei Hij wel dat deze ‘laatste’ dingen meteen het begin zullen zijn van iets nieuws. Het zijn geboorteweeën!
Op momenten dat ik achter mijn scherm zit, vind ik dat vooral een beklemmend idee. Ik kijk niet uit naar geboorteweeën, ik denk alleen maar: hoe moet dat met al mijn plannen? Wat als we ons inkomen kwijtraken? Gaan we dierbaren verliezen? Hoeveel moeten we loslaten?
Lees hier meer columns in de rubriek Sporen
Maar als ik dan de zon weer zie schijnen op de ontluikende kastanjeboom, en in het bos de merel hoor zingen of dennenhars ruik, dan krijg ik hoop. Als Gods nieuwe wereld daar op lijkt, en als we daar dan ook samen met vrienden doorheen kunnen wandelen, en als we daar ook goudvinken en sleedoornbloesem zien en koffie uit de thermoskan kunnen drinken in de warme zon, terwijl mijn dochter aan de kabelbaan over de sloot roetsjt, dan kan ik bijna niet wachten.
Gerelateerde artikelen
- Tegeltuinen, Jacques Ellul en de invloed van techniek (podcasts)
- Oorlog is hel (Karavaan der Zotten)
- Vrije ruimte uithakken (Karavaan der Zotten)
- Wij weigeren vijanden te zijn (Karavaan der Zotten)
- 'Gastvrijheid mag je nooit uitbesteden' (overig)
Gebruikte Tags: geloof, overvecht, sporen